Rosenthal antwoordt ontwijkend op vragen over Manning

Het kamerlid Arjan El Fassed van GroenLinks heeft vragen gesteld over de situatie van Bradley Manning naar aanleiding van het recente rapport van de Speciale Rapporteur van de VN voor marteling, Juan E. Méndez. In zijn verslag van 29 februari konkludeerde Méndez onder meer dat de aanvankelijke langdurige eenzame opsluiting van Manning in Marine Corps Base Quantico een overtreding op kan leveren van artikelen in het internationale verdrag tegen martelen. In een interview typeerde Méndez de behandeling van Manning als “wreed, onmenselijk en vernederend”. Bovendien had Méndez gevraagd om toegang tot Manning om met hem te spreken over de precieze omstandigheden van zijn gevangenhouding. De regering van de Verenigde Staten stemde daar wel in toe, maar wilde het bezoek kontroleren en monitoren, hetgeen voor Mendez niet acceptabel is. De rapporteur stelde ten slotte vast dat “het opleggen van in ernstige mate bestraffende detentieomstandigheden aan iemand die niet schuldig is bevonden aan een misdrijf een schending is van het recht van de verdachte op fysieke en psychische integriteit en op de veronderstelling van zijn onschuld”. Hij handhaafde zijn verzoek om een ongekontroleerd gesprek met Manning.
De antwoorden van minister Rosenthal op de vragen van El Fassed zijn uitermate teleurstellend. In plaats van zich zorgen te maken over het feit dat het handelen van een belangrijke bondgenoot van de regering nu onderwerp van onderzoek is geworden van de VN-rapporteur die gaat over marteling, verliest de minister zich in ontwijkende antwoorden. In plaats van een eigen oordeel te geven stelt hij alleen vast dat Mendez de genoemde uitspraken gedaan heeft en trekt zich vervolgens terug op de wezelachtige stelling dat de eenzame opsluiting een schending van het folterverdrag kan opleveren, maar Mendez deze nog niet heeft vastgesteld. Terwijl Mendez duidelijk heeft gesteld dat hetgeen hij alleen al van buitenaf heeft kunnen konstateren “absoluut verboden is” (an absolute prohibition). Rosenthal ziet echter geen enkele aanleiding om een vinger uit te steken.

Hoorzitting proces Manning over getuigen en documenten

Op 15 en 16 maart zijn voorbereidende hoorzittingen gehouden in de zaak tegen Bradley Manning. Op deze zittingen kwamen onder meer het verstrekken van documenten en het horen van getuigen in de voorfase van het proces ter sprake.
Een hilarisch moment ontstond, toen aan het licht kwam dat de militaire justitie bepaalde e-mails van de advokaten van Manning niet had ontvangen, omdat ze geblokkeerd waren door een spamfilter. Het bleek dat het militaire filter alle boodschappen waarin het woord ‘Wikileaks’ voorkwam wegving. Nu moet elke dag het spamfilter worden bekeken om te zien of er wellicht boodschappen van de verdediging in zijn blijven hangen. Bovendien hebben de militaire aanklagers een alternatief e-mail account aangemaakt om het euvel te vermijden.
Een aantal verzoeken van de verdediging werden door rechter-kolonel Denise Lind verworpen. Zo krijgen de advokaten onder meer niet de kans om al in de voorfase een aantal militaire autoriteiten als getuige te horen die verantwoordelijk zijn voor het toekennen van een geheimhoudingsgraad aan het in het geding zijnde uitgelekte materiaal. Dit hoeft niet noodzakelijkerwijs te betekenen dat dergelijke getuigen ook niet tijdens het eigenlijke proces zullen gehoord worden, maar het belemmert de verdediging nu wel in zijn voorbereidingen.
Ook willen de advokaten van te voren inzage in een groot aantal dokumenten, zoals schaderapporten over de lekken die door diverse militaire instanties zijn opgesteld. Het leger wilde deze niet verstrekken omdat ze nog niet definitief zijn en/of geheim zijn. Over een aantal geheime stukken werd in overleg tussen de procespartijen een procedure afgesproken, waarbij deze in een besloten zitting ter inzage komen. Op andere verzoeken van de verdediging moet door de rechter nog een besluit worden genomen. De verstrekking van dokumenten aan de verdediging is tot nu toe zo beperkt dat de leider van Mannings advokatenteam, David Coombs, ook een verzoek aan de rechter heeft gericht om de aanklachten alleen al op deze grond bij voorbaat nietig te verklaren, omdat er op deze basis geen eerlijk proces meer mogelijk is.
Op één punt kwam er wel meer duidelijkheid: de aanklagers deelden desgevraagd mee dat de zwaarste aanklacht tegen Manning (hulp verlenen aan de vijand) betrekking heeft op de groep Al Qaida of the Arabian Peninsula, een groep die aanslagen heeft gepleegd tegen de Amerikaanse bezetting van Irak. Dit maakt een einde aan spekulaties in de pers dat met ‘de vijand’ Wikileaks zou zijn bedoeld.
Nieuwe voorbereidende zittingsdagen zijn vastgesteld voor 24 tot 26 april.

Een uitvoerig verslag van de hoorzittingen is te vinden op de website van het Amerikaanse steuncomité voor Manning.
Meer letterlijke verslagen, waarvoor enige kennis van het Amerikaanse rechtssysteem nuttig is, staan op de site WL Central.

Oprichtingsverklaring Bradley Manning Steuncomité

Ondergetekenden maken zich grote zorgen over de vervolging van Bradley Manning, de veronderstelde bron van talrijke via WikiLeaks geopenbaarde video’s en documenten over het optreden van de Amerikaanse strijdkrachten in Irak en Afghanistan en de uitwisseling van geheime berichten met ambassades.
Manning is aangeklaagd voor het vergaren en verspreiden van staatsgeheimen en hulp aan de vijand. Daarvoor kan in de VS de doodstraf worden opgelegd. De aanklagers hebben gezegd celstraf te zullen eisen, waarbij levenslang een reële optie is. De krijgsraad kan desondanks besluiten tot de doodstraf.
Sinds de arrestatie van Manning op 26 mei 2010 zijn verontrustende berichten*) aan het licht gekomen, op grond waarvan het vermoeden is gerezen, dat de militaire autoriteiten hem als zondebok voor hun eigen falen gebruiken en daarmee de aandacht willen afleiden van aantoonbaar begane oorlogsmisdaden. Blijkens de mededelingen van de aanklagers tijdens de hoorzitting eind december 2011 wordt de vijand gezien als Al Qaeda, Al Qaeda op het Arabisch schiereiland (Jemen en Saoedi Arabië) en aanverwanten. Dit onder andere op grond van oproepen uit die hoek om de WikiLeaks-documenten grondig te bestuderen. Met deze kennelijke overreactie van de militaire top in de VS lijkt de vervolging mede ten doel te hebben om de – nauwelijks onderbouwde – schade als gevolg van WikiLeaks te neutraliseren en potentiële navolger-klokkenluiders maximaal af te schrikken. Dit wringt te meer aangezien de militaire autoriteiten in de VS bekend hebben gemaakt dat zij het onderzoek naar het helikopter-schietincident van juli 2007  – bekend geworden door een video onder de titel Collateral Murder op WikiLeaks  –  niet wensen te heropenen, zodat de daders van deze dodelijke aanslag op een fotograaf van Reuters, diens assistent en negen andere burgers vooralsnog buiten schot blijven, terwijl Bradley Manning, die ervan wordt beschuldigd deze video aan WikiLeaks te hebben  doorgegeven, intussen reeds langer dan anderhalf jaar in voorarrest zit. Gezien deze berichten maken de ondergetekenden zich grote zorgen over een eerlijk verloop van het proces tegen Manning. In navolging van steuncomités in de VS, Engeland, Duitsland en andere landen verwelkomen zij de oprichting van het Bradley Manning Steuncomité voor het Nederlandstalige gebied. Daarmee willen zij duidelijk maken dat ook in Nederland en België de zaak kritisch wordt gevolgd en willen zij politieke druk genereren om de verantwoordelijke autoriteiten in de VS duidelijk te maken dat Bradley Manning een eerlijk proces behoort te krijgen. Talrijke berichten in de internationale media en ook in de Nederlandse en Belgische pers laten reeds in dit stadium zien, dat het principe ‘onschuldig tot het tegendeel bewezen is’ in de zaak tegen Manning met voeten wordt getreden. Nog voor de feitelijke rechtszaak is begonnen, wordt er in diverse media van uitgegaan dat Manning de verantwoordelijke bron is achter zo ongeveer alles wat op WikiLeaks is gepubliceerd. Dit baart temeer zorgen aangezien er in de jacht op WikiLeaks ook sprake is van vervolging van een mogelijk betrokken Nederlander, wiens berichtengeschiedenis via Twitter in het kader van de zaak tegen WikiLeaks door de Amerikaanse overheid is gevorderd.
Het Comité wil bovendien het debat bevorderen over de morele toelaatbaarheid van de activiteiten waar Manning van beschuldigd wordt. Van belang bij de beoordeling van Mannings optreden is, dat hij reeds vóór de publicatie van de bewuste video op internet en ook vóór de publicatie van de WikiLeaks-documenten die Assange via hem zou hebben gekregen, heeft aangegeven dat hij van mening was dat de Amerikaanse strijdkrachten in Irak en Afghanistan zich schuldig hebben gemaakt aan oorlogsmisdaden en dat de beste manier om herhaling te voorkomen onthulling van de feitelijke gang van zaken zou zijn. Als inderdaad zal blijken dat Manning een van de bronnen voor WikiLeaks is geweest, moet dus in aanmerking komen dat hij ¬– net als Daniel Ellsberg destijds met publicatie van de Pentagon Papers – uit overtuiging handelde in het belang van en juist niet tegen de democratische rechtsorde. Ook in dat licht is de verbetenheid waarmee de militaire autoriteiten en diverse politici in de VS Bradley Manning tegemoet treden buiten proporties.

Manning loopt de kans te worden veroordeeld tot de doodstraf of tot een levenslange gevangenisstraf. Dat is een onverdraaglijke gedachte over iemand die oorlogsmisdaden van zijn land niet wilde verhullen en op grond van zijn geweten oprecht heeft gehandeld.
   
Utrecht/Brussel, 1 maart 2012


* VERONTRUSTENDE BERICHTEN OVER DE ZAAK MANNING

•    Op 4 augustus 2010 liet Mike Rogers, lid voor de Republikeinen van het Congres in de VS, in een radio-interview weten dat als Manning inderdaad het lek naar WikiLeaks blijkt te zijn, hij de doodstraf verdient.
•    Op 21 januari 2011 maakte Amnesty International bekend, bij de minister van Defensie Robert Gates te hebben geprotesteerd tegen de detentie-omstandigheden van Bradley Manning. Amnesty noemde deze ‘onnodig streng en onmenselijk’ en wees erop dat voor het regime van maximale beveiliging, waaronder 23-urige opsluiting per etmaal in een isoleercel, geen deugdelijke gronden waren.
•    Op 12 april 2011 maakte de speciale VN-gezant voor marteling Juan Mendez bekend, dat hem een gesprek onder vier ogen met Bradley Manning werd geweigerd en dat hij aldus werd belemmerd in de uitoefening van zijn VN-mandaat, een type censuur dat hij tot dan alleen gewend was van dictatoriale regimes. Gevangenen in Guantánamo die verdacht werden van banden met Al-Qaida mocht hij wel ongemonitord  bezoeken. Naar aanleiding van deze weigering richtte de mensenrechtencommissie van de Duitse Bondsdag zich in een bezorgd schrijven aan president Obama. Een groot aantal leden van het Europarlement heeft zich hierbij aangesloten.
•    Op 21 april 2011 reageerde president Obama tijdens een inzamelingsontbijt ten gunste van de campagne voor zijn herverkiezing op een vraag over Manning met de opmerking: ‘He broke the law’, daarmee het internationale rechtsprincipe schendend dat iemand onschuldig is tot het tegendeel is bewezen. Ook minister van Buitenlandse Zaken Hillary Clinton had eerder al betoogd van mening te zijn, dat de bron van de WikiLeaks ‘bloed aan de handen’ heeft. Haar toenmalige woordvoerder Crowley noemde de behandeling van Manning echter ‘contraproductief’ en ‘stupide’.
•    Van 16-22 december 2011, bijna anderhalf jaar na zijn arrestatie, werd Manning voor een militaire onderzoeksrechter geleid om te bepalen of, en op welke gronden, hij voor een krijgsraad kan worden gedaagd. De betreffende onderzoeksrechter bleek tevens in dienst te staan van het ministerie van Justitie, dat het onderzoek leidt van de zaak tegen Julian Assange, de oprichter van WikiLeaks. Hij meende, daarop aangesproken door een van de advocaten van Manning, dat deze dubbele pet hem niet belemmerde in zijn rol als rechter.
•    Van de 38 getuigen die de advocaten van Manning verzochten te horen werden door de onderzoeksrechter er slechts twee toegelaten. Alle door de aanklager verzochte 20 getuigen werden wel toegelaten.

Ondertekenaars:

Mohammed Benzakour, publicist, columnist;
John Blad, hoofddocent Strafwetenschappen;
Margreet de Boer, lid Eerste Kamer voor GroenLinks;
Harry van Bommel, lid Tweede Kamer voor de SP;
Prof. dr. K. Brants, hoogleraar Politieke communicatie;
Prof. mr. E. Brems,  lid Kamer van Volksvertegenwoordigers voor Groen, hoogleraar Mensenrechten;
Kathelijne Buitenweg, promovenda, ex-lid Europarlement voor GroenLinks;
Yvonne Buma, docent;
Jan Ceuleers, journalist;
Boudewijn Chorus, onderzoeksjournalist, docent;
Eveline van Dijck, programmamaker;
Jos van Dijk, oud-docent sociologie, informatieprofessional;
Arjan El Fassed, lid Tweede Kamer voor GroenLinks;
Prof. mr. J. Englebert, hoogleraar Recht, advocaat;
Huub Evers, publicist/ethicus;
Hans Grimm, publicist;
Jan Haasbroek, journalist;
Prof. mr. A.W. Hins, hoogleraar Mediarecht;
Stan van Houcke, journalist;
Auke Hulst, schrijver en journalist;
Huub Jaspers, onderzoeksjournalist;
Kees Kalkman, onderzoeker VD Amok;
Karel Koster, onderzoeker SP Wetenschappelijk Bureau;
Jos van der Lans, journalist en publicist, ex-lid Eerste Kamer voor GroenLinks;
Dirk Van der Maelen, lid Kamer van
Volksvertegenwoordigers voor de SPA;
Prof. mr. J.A. Peters, em. hoogleraar Staats- en bestuursrecht;
Mariko Peters, lid Tweede Kamer voor GroenLinks;
Prof. mr. T. Prakken, hoogleraar Strafrecht, advocaat;
Jan van der Putten, schrijver en journalist;
Judith Sargentini, lid Europarlement voor GroenLinks;
Prof. mr. G.A.I. Schuijt, em. hoogleraar Mediarecht;
Prof. dr. P.C.M. van Seters, hoogleraar Globalisering en Duurzame ontwikkeling;
Marleen Stikker, Directeur Waag Society;
Marleen Teugels, onderzoeksjournalist, docent;
Will Tinnemans, schrijver en moderator;
J. Vander Velpen, advocaat;
Wim Verbei, onderzoeksjournalist, publicist;
Roger Vleugels, juridisch adviseur openbaarheid van bestuur;
Prof. dr. D. Voorhoof, hoogleraar Mediarecht;
Daan de Wit, journalist.

 Ben je het eens met deze verklaring? Stuur een mail met naam en woonplaats
naar
bmsteun@xs4all.nl. We houden je op de hoogte!