De rechter in het proces tegen Bradley Manning heeft geweigerd de zwaarste aanklacht, die van hulp aan de vijand, nietig te verklaren. De verdedigers van Bradley hadden hierom verzocht omdat de militaire aanklagers voor deze beschuldiging, waarbij mogelijk levenslang wordt geëist, geen spoor van bewijs hadden aangedragen. Advokaat Coombs betoogde dat op geen enkele manier was aangetoond dat Bradley beschikte over feitelijke kennis dat de dokumenten die hij doorspeelde voordelig konden zijn voor de vijand (= al-Qaida).
Rechter Lind oordeelde echter anders. Haar kriterium in deze fase van het proces was dat ze het tot dan toe aangevoerde bewijs moest bezien "in het meest gunstige licht voor de aanklagers" en zonder de getuigenverklaringen te testen op hun steekhoudendheid. En haar beslissing hield in dat er "enig bewijs" was geleverd dat Bradley inlichtingen aan de vijand had gegeven zonder daartoe te zijn gemachtigd en langs indirekte weg (namelijk via WikiLeaks).
Het is wel belangrijk te benadrukken dat het kriterium dat de rechter later zal gebruiken bij haar vonnis zwaarder is. Dan moet namelijk besloten worden of de (indirekte) hulp aan de vijand is bewezen "zonder enige redelijke twijfel". En dat houdt in dat de getuigenverklaringen dan ook door de rechter gewogen gaan worden op hun geloofwaardigheid.
Toch is deze beslissing van de rechter volgens waarnemers van het proces geen goed teken. Amnesty International sprak in een krachtige reaktie van een belachelijke beschuldiging en een "karikaturale rechtspraak". Kolonel Morris Davis, een voormalige aanklager van Guantanamo Bay, die eerder had getuigd voor de verdediging, toonde zich buitengewoon teleurgesteld over de beslissing. Hij wees op het verschil in behandeling tussen Manning en de Amerikaanse militairen die werden verdacht van de zogenaamde Haditha-moorden in Irak. Daar waren 24 ongewapende Irakezen waaronder vrouwen en kinderen gedood door mariniers. De militaire justitie haalde alles uit de kast om de verdachten zoveel mogelijk te ontzien. Het resultaat van het proces was dat zes mariniers werden ontslagen van rechtsvervolging, een zevende vrijgesproken en de enige die op een enkele aanklacht werd veroordeeld, hoefde niet naar de gevangenis. Het verschil in behandeling met de zaak Manning is opvallend en je moet wel konkluderen dat bij de militaire justitie de verhoudingen kompleet zoek zijn geraakt.
Verslag op basis van The Guardian (Ed Pilkington), Firedoglake (Kevin Gosztola), Courthouse News Service (Adam Klasfeld)